Psychiatrische toeristen

Dolfinarium Nederland
Het riedeltje van de wasmachine roept me. Als ik de porch op loop om de was eruit te halen schrik ik. Een sierlijk schepseltje fladdert onder het golfplatendak. Met ingehouden adem laat ik het om me heen cirkelen. Door de golvende vleugelslag en de snelle wendingen kan ik niet zien wat het nou precies is. Ongeïdentificeerd zeilt het even geruisloos als elegant de tuin in. Ontroerd over zoveel schoonheid haal ik de lakens uit de wasmachine. Omdat niet veel mensen in elfjes geloven, zal ik het maar op een elfenvlinder houden.

Psychiatrisch-vriendelijke vakantie

Mijn column miauwt om aandacht. Het krantenartikel waarin sprake is van een groeiende groep verwarde Nederlanders in het buitenland klik ik weg. Ook het stuk over ‘Psychiatrische toeristen’ met een verdubbelde hulpvraag boeit me niet langer. Psychiatrische toeristen. Hoe komt iemand op zo’n idiote term? Alsof deze gelabelde mens op een dag denkt: ‘Laat ik eens een psychiatrisch-vriendelijke vakantie boeken naar een psychiatrisch-vriendelijk land en een tijdje in een psychiatrisch-vriendelijk hotel gaan zitten met een psychiatrisch-vriendelijk zwembad. Graag inclusief psychiatrisch-vriendelijk ontbijt.’

No-label-land

Het is toch van de zotte? Draai het liever om: waarom besluit een psychiatrische patiënt om niet langer gebruik te maken van de geboden zorg? Misschien omdat de zorginstanties een gekmakende nachtmerrie zijn geworden? En dat, als je nog niet gek was, je het daar dan wel wordt zodra je je aanmeldt? Patiënten die al die labels zat zijn, breken los uit het systeem en gaan op zoek naar no-label-land. Om daarnaar opzoek te gaan hoef je trouwens geen psychiatrisch patiënt te zijn, al zal het best eens voorkomen dat je wat verward raakt in no-label-land, want behalve je kofferlabel, ben je immers gewoon meneer Jansen of mevrouw Pietersen. Net als iedereen soms even in de war, maar verder heel gewoon.

Geestelijke gezondheidszorg

Tegenwoordig vergoedt de Nederlandse zorgverzekeraar psychische hulp enkel of deels wanneer je door de huisarts wordt doorverwezen vanwege een ‘vermoedelijke’ geestelijke aandoening. Om betaalde zorg te krijgen, word je dus onbedoeld aangemoedigd om je een geestelijke storing aan te laten meten in plaats van effectieve hulp te zoeken. Op de groep patiënten na die daadwerkelijk gebaat is bij geestelijke gezondheidszorg, hebben de meeste hulpzoekenden een andere vorm van hulp nodig. Als oplossingsgerichte therapeut en coach leer ik dat het vaak gaat om oplossingen die je over het hoofd ziet, simpelweg omdat ze te eenvoudig zijn en daardoor te veel voor de hand liggen. We hebben immers geleerd, geheel onlogisch, dat problemen en moeilijke oplossingen in elkaars verlengde liggen. Daarnaast zou de farmaceutische miljardenindustrie failliet gaan als iedereen zou kappen met antidepressiva en kalmeringsmiddelen. Het gaat natuurlijk te ver om dan maar de hele psychiatrie op de schop te doen, maar dat er meer mis is met de huidige geestelijke gezondheidszorg dan met de patiënt zelf wordt met de dag duidelijker.

Onrustig loop ik steeds naar de porch en tuur de tuin in. Waar is dat prachtige schepseltje gebleven? Een gevoel van verlatenheid overvalt mij. Het dringt langzaam tot me door dat ik een beetje verliefd ben. Ik ga terug naar de computer die me ontvoert naar ‘vlinderland’. Foto’s op vlinderwebsites en slow-motion vlinderfilmpjes op Youtube houden me uren in de ban, op zoek naar ‘mijn vlinder’. De koningspage of swallowtail butterfly komt er nog het dichtst bij. De filmbeelden van zwevende vlinders worden begeleid door dito muziek. Ineens zie ik een gat in de markt. Die psychiatrische toerist is eigenlijk helemaal niet zo’n gekke uitvinding. In mijn hoofd ontstaat het beeld van een resort met watervallen, rotspartijen en een vlindertuin waar op de klanken van rustgevende muziek psychiatrische toeristen in extase zwevende wezentjes volgen. Even denk ik terug aan het huisje op Bacuna waar ik jarenlang woonde voordat het De Vlindertuin werd. Maar een blik op de website laat me weten dat daar geen vlindertuin meer is. Misschien heeft mijn vlinder hun sluiting overleefd?

Blije vakantiefoto’s

Ben je eigenlijk wel normaal als je verliefd wordt op een vlinder? Maar wie bepaalt wat normaal of niet-normaal is? Het valt me nu wel op dat ik thuis wordt omringd door vlinders: op de zelfgemaakte kaart van een vriendin, op de kaft van Oplossingsgerichte psychotherapie; op mijn werkmap, op het koelkastmagneetje van Nikita… Over Nikita gesproken. Snel surf ik naar haar Facebookpagina. Blije vakantiefoto’s met haar vrienden, vriendinnen en haar vader. Foto’s van het Vondelpark,Walibi, de Apenheul en het Dolfinarium. Ik geniet mee. Dan ineens staat mijn meisje op krukken. Mijn maag doet even vreemd. Ze is uit een klimpaal gevallen en heeft haar kruisband geblesseerd. Ik wrijf over mijn prikkende ogen en loop naar buiten om even tot mezelf te komen.

Mijn blik is nog wazig als de elfenvlinder plotseling voor me neerstrijkt. Ze kijkt me uitnodigend aan. Zonder nadenken spring ik op haar rug en verbijt mijn tranen zodat haar vleugels niet nat worden. We zweven weg. Feilloos kent ze de weg naar no-label-land. Naar de wereld van meneer Jansen en mevrouw Pietersen. Soms even in de war, net als iedereen, maar verder heel gewoon. Een psychiatrisch-vriendelijk eiland is misschien toch een gat in de markt. Heerlijk om je-ongelabelde-zelf te mogen zijn. Of, zie ik ze nou vliegen?

Christel Cosijn, in: Amigoe, 20 augustus 2015.